Gepubliceerd op 28-02-2021

Karl oesterley

betekenis & definitie

schilder en theoretisch beoefenaar der kunst, te Göttingen in 1805 geb. In 1831 tot buitengewoon hoogleeraar te Göttingen benoemd, gaf hij met O.

Muller de Denkmäler der alten Kunst uit. Hij bezocht München, teneinde zich in de techniek voor het fresco te oefenen, daar hem het schilderen van een hemelvaart van Christus voor de slotkerk te Hannover was opgedragen. Intusschen tot gewoon hoogleeraar benoemd, kreeg hij in 1844, na de voltooiing van zijn Christus en Ahasverus, een aanstelling als hofschilder, met de bepaling dat hij gedurende twee maanden voorlezingen te Göttingen zoude houden. In 1863 legde hij evenwel zijn betrekking als hoogleeraar neder om zich te Hannover uitsluitend aan de beoefening der kunst te wijden.Zijn zoon, Karl August Heinrich Friedrich O., geb. te Göttingen 1839, is eveneens schilder en legt zich vooral toe op het schilderen van noorsche landschappen en genrestukken.

< >