Gepubliceerd op 23-02-2021

Juraformatie

betekenis & definitie

vroeger oölithformatie geheeten, een afdeeling der sedimentaire vormingen, als zelfstandige vorming het eerst aangetroffen in het Juragebergte (tusschen de trias- en de krijtgroep), en naar dit gebergte benoemd. Zij bestaat van boven naar beneden uit drie onderafd.:

1) Witte jura of mahn, waarin kalkgesteenten en dolomieten de overhand hebben en ook de vermaarde lithographische steenen van Solnhofen voorkomen;
2) Bruine jura of dogger, waarvan bruine en gele toonsoorten, mergels en zandgesteenten met veel ijzererts de hoofdbestanddeelen zijn, en
3) Zwarte jura of lias, bestaande uit bitumineuse mergelschiefers, donkere toonsoorten, kalkgesteenten en zandsteen.

De geheele J. is rijk aan overblijfselen van organische wezens: koralen, weekdieren, schaaldieren, visschen (en wel de eerste amphicerke) en zoogdieren (Ichthyosaurus, Plesiosaurus, Pterodactylus). De J. treedt voorn, op in Duitschland, de Alpen, Italië, Frankrijk, Engeland en Rusland. Literatuur: werken van Buch, Oppel, Quenstedt, Brauns.

< >