bijgenaamd van der Goes. Nederl. dichter, geb. 3 Mei 1647 te Goes, overl. 1684 te Amsterdam.
Voorn, werken: Trazïl of het overrompeld Sion (door Vondel zeer gunstig beoordeeld), Bellona aan Band (1667) waarin hij den vrede met Engeland bezingt, De IJstroom (1671) een verheerlijking van Amsterdam als stad van den wereldhandel, enz. Intusschen was hij eerst apothekersbediende, doch werd door Diderik Buisers in staat gesteld aan de Utrechtsche hoogeschool in de geneeskunde te studeeren, in welke wetenschap hij den doctorsgraad behaalde; later kreeg hij door bemoeiingen van zijn beschermer een post bij de secretarie der admiraliteit te Rotterdam. Zijn dichtwerken werden meermalen verzameld en o.a. door Bilderdijk uitgegeven. Enkelen daarvan zijn zeer keurig en smaakvol, vooral enkele gedeelten uit IJstroom; de meeste echter worden ontsierd door onnatuurlijkheid, valsch vernuft, hoogdravendheid, en overmaat van mythologische beeldspraak.