groot-kanselier van Polen, 1541—1605, studeerde te Parijs, Straatsburg en Padua en werd na zijn terugkomst in Polen door koning Sigismond Augustus tot starost van Bielsk benoemd. Onder koning Stephanus Bathory werd hij groot-kanselier en groot-generaal der kroon, onderscheidde zich in den oorlog tegen Czaar Ivan IV en in dien tegen de Tartaren.
Toen Bathory overleed (1586) was hij een der mannen op wier raad de zweedsche prins Sigismond Wasa tot koning van Polen werd verkozen. Hij voerde nu bevel in den oorlog tegen de Turken, veroverde Walachije en verdreef de Zweden uit Lijfland en Koerland. Ook als schrijver maakte Z. naam.