Jacques marie eugène godefroy cavaignac

betekenis & definitie

Fransch politikus, geb. te Parijs 1853, nam deel aan den fransch-duitschen oorlog, betrad hierna de Ecole polytechnique, werd ingenieur te Angoulême, in 1882 afgevaardigde voor Saint-Calais, in Mei 1885 onderstaatssecretaris van oorlog, in Febr. 1892 minister van marine, vervolgens, in het kabinet Bourgeois, Nov. 1895, en in het kabinet Brisson, 1898, na Méline, minister van oorlog; als zoodanig verklaarde hij met grooten nadruk op een interpellatie in de kamer omtrent de Dreyfuszaak (7 Juli 1838) dat hij bij inzage der desbetreffende acten de overtuiging van de schuld des veroordeelden Dreyfus had gekregen; daarbij las hij drie, na het vonnis ter kennis gekomen, stukken voor, die zijn meening gevestigd hadden; de kamer nam toen het besluit de redevoering van C. in alle gemeenten van Frankrijk te doen aanplakken; weinige weken later echter kwam men tot de ontdekking dat het belangrijkste en meest sprekende der drie genoemde stukken door overste Henry, lid van den generalen staf, vervalscht was. C. gaf bevel Henry gevangen te nemen; na diens bekentenis en zelfmoord verklaarde C. niettemin aan de schuld van Dreyfus te blijven gelooven, en weigerde revisie van het proces toe te laten; bij de andere leden van het kabinet geen steun vindende trad hij 3 Sept. 1898 af; hij werd door generaal Zurlinden opgevolgd.