engelsch avonturier, geb. omstreeks 1720, overl. te Huy 1783, nam deel aan den slag van Fontenoy en trok de aandacht van den maarschalk van Saksen door zijn militaire schetsen. In 1747 onderscheidde hij zich in het fransche leger als officier der genie bij het beleg van Bergen op Zoom.
Daarna ging hij in dienst van Spanje, later van Pruisen, leverde aan de engelsche regeering (in 1754) het plan van maarschalk de Belle-Isle voor een landing in Engeland, maakte den zevenjarigen oorlog mede in het oostenrijksche leger, was geheim agent voor Engeland in Duitschland, kommandeerde bij het beleg van Silistria een russische legerafdeeling, reisde door Italië en Spanje en vestigde zich eindelijk in België, waar hij stierf. Hij heeft zeer gewichtige geschriften op krijgskundig terrein nagelaten: Geschiedenis van den oorlog tusschen den honing van Pruisen en de keizerin van Duitschland (1766—1782), Een 'politieke en militaire rhapsodie over de verdediging van Groot-Briitannië (1779).
