engelsch historicus, geb. 10 Febr. 1791 te Londen, ontving zijn opleiding te Eton en Oxford, trad 1817 in den geestelijken stand en werd kort daarop pastoor in Reading; 1811—26 was hij professor der poëzie te Oxford, 1849 werd hij deken der St.-Pauluskerk te Londen; hij overl. 24 Sept. 1868 te Sunninghill bij Ascot. Hij bezorgde een critische uitgave van Gibbon’s History of the décliné and fall of the Roman empire (1838, en meerm.) en schreef behalve een History of the Jews (1829) de History of Ghristianity, from the birth of Christ to the abolition of paganism (1840), zijn hoofdwerk, waarvan de History of Latin Christianity (6 dln., 1854—56) het vervolg vormt.
Buitendien publiceerde hij verschillende treurspelen, w.o. Fazio (1815), Fait of Jérusalem (1820), Martyr of Antioch (1822), Belshazzar (1822) en Anne Boleyn (1826).