Pers., Zonnekruid, plantengeslacht van de familie der Oistaeeeën, met omstreeks 100 vormen, doch slechts een dertigtal soorten; de meeste daarvan zijn inheemsch in het gebied der Middellandsche zee en in West-Azië, enkele in Amerika. Het zijn kruidachtige planten of halve heesters, meestal met neerliggende stengels en ei- of lijnvormige gaafrandige bladen.
De bloemen zijn groot en meestal geel van kleur. De bekendste soort is het gevlekte zonnekruid, H. guttatum, een eenjarige plant met kruidachtigen, rechtopstaanden stengel en citroengele bloemen; deze soort komt in Nederland alleen op Vlieland en Terschelling voor, in duinvalleien en aan duinhellingen. Eenige H.-soorten woorden in tuinen gekweekt als sierplanten.