Gepubliceerd op 14-03-2021

Heinrich von wittek

betekenis & definitie

(ridder) oostenr. staatsman, geb. 1844; van 1874 af in verschill. functies werkzaam aan het ministerie van handel, 1885 chef der afdeeling spoorwegen, 1892 voorzitter van de commissie voor den stadsspoorweg te Weenen; 1895 in het kabinetKielmansegg minister van handel, 1897 minister van spoorwegen; schreef o. a.: Oesterreiclis Eisenbahnen und die Staatswirtschaft (in de „Geschichte der Eisenbahnen der Oesterr.-Ung. Monarchie”, Lpz. 1897).

< >