Gepubliceerd op 29-01-2021

Guiseppe garibaldi

betekenis & definitie

Ital. vrijheidsheld, geb. 4 Juli 1807 te Nizza, zoon van een zeeman, trad op jeugdigen leeftijd in de sardinische marine, moest echter wegens deelname aan de door Mazzini geleide beweging na diens mislukten tocht in Febr. 1834 vluchten en begon, in zijn geboorteland ter dood veroordeeld, een zwervend leven te leiden; hij wraseenigen tijd onderwijzer in de wiskunde te Marseille, trad daarop als scheepskapitein in dienst v/d bei van Tunis, diende later in dezelfde hoedanigheid de toenmalige zuid-amerikaansche republieken Rio Grande de Sul en Montevideo en was nu als kaapvaarder eenigen tijd de schrik der Brazilianen. Na zijn terugkeer in Italië, in Juni 1848, toen Karel Albert wmigerde van zijn diensten gebruik te maken, richtte hij een korps vrijwilligers op, waarmee hij eenige voordeelen op de Oostenrijkers behaalde. Hij stelde zich daarna ter beschikking van de republikeinsche regeering te Rome en verijdelde langen tijd de pogingen der Franschen, die Rome belegerd hadden, de stad te bemachtigen. Toen deze eindelijk bezweek, ontkwam G., voortdurend achtervolgd door de Oostenrijkers, naar Piemont, doch verloor zijn eerste vrouw, Annita, die bij haar bevalling tengevolge van angst en ontbering bezweken was. Te Phiavari werd hij op last der sardinische regeering gevangen genomen en genoodzaakt het land te verlaten. Hij begaf zich naar New-Vork, was hier 18 maanden als kaarsenmaker werkzaam, werd daarna kapitein op koopvaardijschepen en keerde in 1854 naar Italië terug, waar hij zich op 't eiland Caprera aan den landbouw wijdde. Bij ’t uitbarsten van den oorlog in 1859 werd hij door Oavour naar Turijn geroepen en tot generaal der Alpenjagers benoemd. Na den vrede van VilJafranca ging hij met toestemming van Vietor Ëmanuel naar Midden-Italië, doch hij kreeg geen vergunning naar Rome op te trekken. Weldra stelde hij zich aan het hoofd der expeditie, die van Genua uit en in 't geheim door Cavonr begunstigd, de opstandelingen op Sicilië te hulp snelde. Binnen 3 maanden was zijn zegepraal volkomen. Hij aanvaardde de dictatuur over de Beide Siciiiën, die hij, nadat Yictor Emanuel tot koning van Italië geproclameerd was, neerlegde. In 1862 trok hij aan het hoofd van een nieuwe expeditie tegen Rome op. Op Frankrijks aandrang werden door de Regeering te Turijn troepen tegen hem afgezonden. 'Te Aspromonte werd G. gevaarlijk aan den voet gewond en gevangen genomen; doch kort daarop kreeg hij verlof naar Caprera terug te keeren In 1867 deed hij opnieuw een poging, Rome aan de ital. kroon te hechten. Hij versloeg de pauselijke troepen 25 Oct. bij Monterotondo, maar leed zelf 3 Nov. bij Mentana een geduchte nederlaag, in 1870 bood hij zijn diensten aan de Fransohe republiek aan en zag zich aan het hoofd van een korps vrijwilligers geplaatst, waarmee hij in de omstreken van Dijon en Autun eenige gevechten leverde. Hij nam na 't sluiten van den wapenstilstand zijn ontslag, werd daarop tot lid der Nationale Vergadering gekozen, doch door de leden van dit lichaam zoodanig ontvangen dat hij reeds dadelijk besloot zijn mandaat neer te leggen; hij vertrok 14 Febr. naar Caprera, waar hij, na nog eenigen tijd lid te zijn gew’eest van het ital. parlement, op 2 Juni 1882 overleed. Hij werd achter zijn woonhuis begraven. Hij heeft standbeelden en monumenten te Lecce (onthuld 1884), Ravia (1884), Como, Venetië (1887), Dijon (1887), Uremona, Nizza (1891), Genua (1893), Rome (op den Monte-üianicolo, 1895), Milaan (1895). Literatuur: Eipis Meiena, Gés DeuJeu-iirdiykeiten (tot 1819 loopend, 2 dln. Hamburg 1861); dezelfde, G’., Mitteihinym aus seine.m Leien (Hannov. 1886); Bent, Life of G. (Lond. 1882); Bordone, G. (Par. 1878); Guerzoni, G. con documenti inediti (Ttir. 1882); Mario, G. cisuoi tm%ri (Mil. 1884); Bordone, G. et. Varmee des Vosyes (Par. 1871); Episfoletrio di G. G. uitgegeven door Ximencs, Mil. 1885); Memorie scritte da sè stesso, (9Flor. 1888), Mario, G. ei suoi tempi (Mil. 1885; 11de druk 1892); G. Franco, La rita di G. G. (tot Juli 1849, Napels 1886); G. Sforza, G. in Toseaua nel 18-lH (Flor. 1890); Bordone, G. (1807— 1882). La République romaine; les Mille Par. 1891); A. Bianchi, G. eapitanodel' po polo. Pita yrrirata, pubblica e mUUave (Rome 1892).

Menotti G., zoon v/d vorige, geb. 1845, nam aan al de latere krijgsbedrijven zijns vaders in Italië en Frankrijk deel, klom op tot generaal, en wijdde zich sinds 1871 aan het beheer zijner goederen; als lid van het ital. parlement stemde G. aanvankelijk met de uiterste linkerzijde, later met de gematigde idem.

Ricciotti G., broeder des vorigen, geb. 1847, vergezelde zijn vader eveneens op diens tochten, was ook eenigen tijd lid van het parlement, on schreef: Soiieeuirs de la campaynede Vrauce 1x7<lj7l (Nizza 1S99).

< >