Gepubliceerd op 20-01-2021

Gerard george clifford

betekenis & definitie

Nederl. staatsman, geb. 16 Febr. 1779 te Amsterdam, zoon van George Clifford en Maria Kuysten van Hoesten, studeerde te Leiden in de rechten, promoveerde 22 Febr. 1802 tot doctor, vestigde zich te Amsterdam als advocaat, werd hier tot thesaurier benoemd, in 1824 in de Tweede Kamer gekozen, aanvaarde 4 Oct. 1830 de benoeming tot minister ad interim van waterstaat, nationale nijverheid en koloniën, werd Oct. 1831 minister ad interim van nationale nijverheid en koloniën, bekleedde dezen post tot 1 Jan. 1834, werd toen minister van staat en lid der Eerste kamer, en overl. 7 Mrt. 1847 op zijn buitenverblijf bij Arnhem.

< >