Gepubliceerd op 23-02-2021

Friedrich heinrich jacobi

betekenis & definitie

duitsch philosoof, geb. 25 Jan. 1743 te Diisseldorf, overl. 10 Maart 1819 te Munchen, heeft, als dichter en als philosoof, op de duitsche literatuur een belangrijken invloed uitgeoefend; op J. zelf hebben vooral Wieland en Goethe ingewerkt. Zijn romans enz. hebben allen iets wijsgeerigs en didactisch, en zijn philosophie is niet zelden dichterlijk en vol gevoel.

Hoofdwerken: de romans Woldemar (2 dln., Flensb. 1779) en Eduard Allwills Briefsammlung (Breslau 1781), en de wijsgeerige geschriften: TJeber die Lehre des Spinoza, in Briefen an Mendelssohn (Berl. 1785), Hume über den Glauben, oder Idealismus und Realismus (1787), Sendschreiben an Fichte (Hamb. 1799), Von den göttlichen Dingen und ihrer Offenbarung (Leipz. 1811). Later werden meerdere bundels brieven van J. in het licht gegeven. J.’s philosophie stelt het gevoelvermogen boven het denkvermogen en wordt deswege gevoelsphilosophie genoemd.

< >