Gepubliceerd op 29-01-2021

Frans (vorsten)

betekenis & definitie

Naam van tal van vorstelijke personen :

Frans I roomsch-duitsche keizer (1745— 65). stamvader van het huis Habsburg— Lotharingen, als hertog van Lotharingen en groothertog van Toscane Frans Stephan geheeten, geb. 8 Dec. 1708 als oudste zoon van hertog Leopold van Lotharingen, ging in 1823 naar Weenen en werd hier, als de toekomstige gemaal van Maria Theresia, als een zoon des keizers opgevoed: na zijns vaders dood aanvaardde hij in 1729 de regeering over het hertogdom Lotharingen, dat hij echter, na in 1730 stadhouder van Hongarije te zijn geworden, bij den vrede van Weenen (1735) tegen aanspraken op het hertogdom Toscane bij mogelijke vacature aan den schoonvader van Lodewijk XV, Stanislaus Leszczynski, afstond, na wiens dood het voor goed met Frankrijk vereenigd zou worden. 12 Febr. had zijn huwelijk plaats met Maria Theresia, erfgename der monarchie. In den oorlog met Turkije had hij het opperbevel over de keizerlijke armee (1737), zonder zich echter bizonder te onderscheiden. Door den dood van den laatsten Mediceefir, Johan Frans, kwam hij in 1737 in het bezit van het hertogdom Toscane, waar hij nu tot 1739 met zijn gemalin resideerde. Bij den dood van Karel VI (20 Oct 1740) verklaarde Maria Theresia hem tot mede-regent over alle Oostenrijksche erflanden ; evenwel werd hem geen onmiddellijk aandeel in het staatsbestuur toegestaan. Afkeerig van krijgsgewoel, geheel overgegeven aan kunst- en zingenot, bovendien door zijne hem teeder liefhebbende echtgenoote ver van alle gevaar gehouden, bleef hij ook in het woelig tijdperk van den Oostenrijkschen suceessie-oorlog op den achtergrond. Na het overlijden van Karel VII werd hij, ofschoon Frankrijk, Pruisen en de Pfalz hem aanvankelijk tegenwerkten, op 13 Sept. 1745 onder den naam Frans I tot keizer gekozen en als zoodanig 4 October te Frankfurt gekroond. Ook nu liet hij zich weinig met regeeringszaken in, werkte daarentegen met kracht aan de vergrooting van zijn privaatvermogen, wikkelde zich in allerlei geldspeculaties, en overl. 18 Aug. 1765 te Innsbruck, de keizerwaardigheid aan zijn zoon Joseph (II) en het groothertogdom Toscane aan zijn derden zoon, Leopold, nalatende.

Frans II Joseph Karel, roomsch-duitsche keizer (1792—1806), als keizer v. Oostenrijk (1804-35) Fransl geheeten, geb. 12-21768 te Florence, als zoon van keizer Leopold II en Maria Louise, een dochter van Karel III van Spanje, werd te Weenen in het regeeren opgeleid, huwde op 2l-jarigen leeftijd met prinses Elizabeth van Württemberg, en volgde Maart 1792 zijn vader op; reeds 20 April werd hem ingevolge het door zijn vader met Pruisen gesloten verbond tegen de Fransche republiek door deze laatste de oorlog verklaard, die met den voor hem onvoordeeligen vrede van Campo Formio eindigde (17 Oct. 1797); een nieuwe oorlog, door hem in gemeenschap met Rusland en Engeland tegen de republiek begonnen, eindigde met den vrede van Lunéville (9 Febr. 1801), die hem zelf zware offers en het duitsche rijk den geheelen linker Rijnoever kostte; een derde oorlog, in 1805 door hem in verbinding met Rusland tegen Frankrijk aangevangen, en door den slag bij Austerlitz weder in zijn nadeel beslist, kostte Oostenrijk 55 000 vierkante kilometer grondgebied. Na de oprichting van den Rijnbond, legde hij, na zich door de pragmatikaal-wet van 11 Aug. 1804 onder den i aam Frans I tot eersten erfkeizer van Oostenrijk verklaard te hebben, deregeeringoverhetduitsche rijk neer. In 1809 vatte hij ten vierden male de wapens tegen Napoléon op; zijn leger overwon bij Aspern, werd echter bij Wagram volkomen verslagen, en bij den vrede van Schönbrunn (14 Oct. 1809) verloor Oostenrijk opnieuw grondgebied (110.000 □ km. met 4 milt. inw.); door zijn bewilliging in het huwelijk van zijn oudste dochter, Maria Louise, met Napoléon, scheen evenwel de grond voor een duurzamen vrede gelegd. In Maart 1812 verbond F. zich tot deelname aan den tocht naar Rusland. Na den ongelukkigen afloop daarvan hield hij zich aanvankelijk onzijdig, doch sloot zich 12 Aug. 1813 bij de koalitie tegen Frankrijk aan, en verkreeg bij den Parijschen vrede en het separaat-verdrag met Beieren zijn oud gebied aanzienlijk uitbreid terug. Het beginsel zijner in- en uitwendige politiek was starre reactie, die hij met behulp van zijn staatskanselier Metternich ook in de duitsche bondsstaten en in zijn italiaansche bezittingen ten troon verhief Hij overl. 2 Maart 1835 te Weenen; zijn eerste vrouw stierf kinderloos (18 Febr. 1790); hij hertrouwde 15 Aug. 1790, met Maria Theresia, prinses van Sicilië, die 13 April 1807 stierf, na hem 13 kinderen te hebben geschonken, w.o. Maria Louise, gemalin van Napoléon, Ferdinand I, F.’s opvolger als keizer van Oostenrijk, en Frans Karel, geb. 7 Dec. 1802, overleden 8 Maart 1878, vader van keizer Frans Joseph I; in 1808 trouwde hij ten derden male, met Maria Ludovica Beatrix van Modena (overl. 17 April 1816) en kort na haar dood ten vierden male, met Karoline Auguste (geb. 8 Febr. 1792), dochter van koning Maximiliaan I Joseph van Beieren, in 1814 van den kroonprins van Wiirttemberg gescheiden en 9 Febr. 1871 overl.

Frans Josef I keizer van Oostenrijk, geb. 18 Aug. 1830 te Weenen, oudste zoon van aartshertog Frans Karel, den tweeden zoon van keizer Frans II (zie boven). 1 Dec. 1848 door het naar Olmtitz gevluchte hof meerderjarig verklaard, aanvaardde hij onmiddellijk na de abdicatie van zijn oom, Ferdinand I, en het bedanken van zijn vader, de regeering, sloeg allereerst den hongaarschen opstand neer, voerde het tevoren tot de kernlanden beperkte absolutistische regeeringsstelsel in het geheele rijk in, en sloot 18 Aug. 1855 een concordaat met de curie af, waarin de meeste eischen en vorderingen van den clerus werden ingewilligd. 18 Febr. 1853 deed de hongaar Johan Libényi te Weenen een aanslag op het leven van den keizer, wien met een mes een lichte wonde werd toegebracht. 24 April 1854 huwde hij met prinses Elizabeth (zie ald.), die hem vier kinderen schonk , namelijk Sophia (geboren 5 Mrt. 1855, overleden 1857), Gisela (geboren 12 Juli 1856, in 1873 uitgehuwelijkt aan prins Leopold van Beieren), kroonprins Rudolf (geb. 21 Aug. 1858, overl. 30 Jan. 1889), en Marie Valerie (geb. 22 April 1868, in 1890 uitgehuwelijkt aan aartshertog Frans Salvator uit de linie Toscane); F. werd 8 Juni 1867 te Ofen tot koning van Hongarije gekroond. In 1898 vierde hij het 50-jarig jubileum zijner troonsbestijging. Zijn vermoedelijke opvolger is aartshertog Frans Ferdinand (zie beneden bij Frans V, hertog van Modena).

Frans de Assisi Maria Ferdinand, koning van Spanje,' geb. 13 Mei 1822, zoon van den spaanschen infant Frans de Paulo, huwde 10 Oct. 1846 met koningin Isabella II v. Spanje, verkreeg op zijn trouwdag den titel van koning en kapitein-generaal van het leger. Koning Louis Philippe van Frankrijk, die in gemeenschap m/d spaansche koningin-weduwe Maria Christina, dit huwelijk tot stand bracht, had hoofdzakelijk den lichamelijk en geestelijk zwakken F. tot gemaal der koningin uitgekozen in de hoop, dat deze zijn zoon Montpensier, dien hij tegelijkertijd aan Isabella’szuster,infante Louise Fernanda had uitgehuwelijkt, bij de toekomstige troonopvolging geen moeilijkheden in den weg zou leggen. Toen Isabella in Sept. 1868 verjaagd werd, volgde F. haar naar het buitenland, doch leefde sinds 1870 van haar gescheiden, meest te Parijs.

Frans II (François II), laatste hertog van Bretagne, geb. 1436, volgde in 1459 zijn oom Arthur III op, kon slechts met inspanning van alle krachten de zelfstandigheid van zijn hertogdom tegen Bodewijk XI van Frankrijk handhaven, sloot in 1478 een verbond met Edwmrd IV van Engeland, waarbij onder meer een verloving tusschen zijn dochter Anna en den engelschen troon-erf tot stand kwam; Karel VIII van Frankrijk veroverde echter Nantes, versloeg de Bretagners bij Saint-Aubin, en brak daarmede de macht van den hertog, die twee maanden later (Sept. 1488) stierf, zonder mannelijke nakomelingen na te laten. Zijn dochter Anna (zie deze) werd tot een huw’elijk met Karel VIII gedwongen.

Frans / koning van Frankrijk (1515—47), geb. 12 Sept. 1494 te Cognac, zoon van Karel van Orléans, graaf van Angoulême, en Louise van Savoie, besteeg na den dood van zijn schoonvader Bodewijk XII, als kleinzoon van diens vaders-broeder, op 1 Jan. 1515 den troon van Frankrnk. Onmiddellijk de italiaansche veroveringspolitiek van zijn voorganger overnemende, drong hij met een aanzienlijke legermacht over de Alpen Italië binnen, en behaalde op 13 en 14 Sept. 1515 in de vlakten van Marignano een groote overwinning, tengevolge waarvan Maximiliaan Sforza wijken moest en de overwinnaar het hertogdom Milaan bemachtigde, terwijl ook Genua zich voor hem verklaarde en de paus te Bologna vrede met hem sloot (concordaat van 1516). Nog hetzelfde jaar kwam met Karel I van Spanje, later Karel V, het vredesverdrag van Noyon tot stand. Na den dood van keizer Maximiliaan (1519) begon F. met Karel naar de Duitsche keizerskroon te dingen; in wreerwil echter van zijn pogingen om de duitsche keurvorsten voor zich te winnen moest hij voor zijn tegenstander onderdoen, hetgeen een geheele reeks van oorlogen na zich sleepte. In den slag bij Pavia (24 Febr. 1525) krijgsgevangen geraakt, werd F. naar Madrid gevoerd ; hij moest hier bij verdrag van 14 Jan. 1526 afstand doen van Bourgondië, van zijn aanspraken op Napels, Milaan, Genua, Asti, alsmede van zijn souvereiniteit over Vlaanderen en Artois, en eindelijk in een huwelijk met Eleonora, zuster van keizer Karel, bewdlligen, en als waarborg voor de richtige naleving van het verdrag zijn twee jongste zoons als gijzelaars stellen. In vrijheid gesteld weigerde hij evenwel Bourgondië af te staan, onder voorwendsel door de standen daarin verhinderd te worden ; verder vereenigde hij zich op 22 Mei 1526 te Cognac met paus Clemens VII, Hendrik VIII van Engeland en meerdere ital. vorsten totdezg. heilige ligue, teneinde paal en perk te stellen aan 's keizers toenemende macht. Ingevolge dit verbond zond hij na de inneming van Rome door de keizerlijken in 1527 een aanzienlijk leger, onder maarschalk Lautrei, naar Italië, hetwelk tot Napels doordrong, doch door de pest tot den terugtocht gedw-ongen werd. Zoo zag F. zich genoodzaakt de zg. vrouwmnvrede van Cambrai (5 Aug. 1529) te sluiten, volgens welke hij voor zijn zoons een losgeld van 2 millioen daalders betalen en afstand moest doen van zijn ital. bezittingen en van Vlaanderen en Artois. Kort daarop verbond F. zich met den paus, verschillende protestantsche en r.-kath. duitsche vorsten, en met de Magyaren en Turken opnieuw tegen den keizer, die zich daarentegen in 1543 met Hendrik VIII van Engeland tot een rechstreekschen veroveringsoorlog tegen Frankrijk vereenigde, tegen Parijs optrok en F. in Sept. 1544 tot den vrede van Crépy dwong, waarbii deze afstand moest doen van al zijn buitenlandsche aanspraken en bezittingen, terwijl hem in ruil hiervan slechts het rustig bezit van Bourgondië en voor zijn zoon uitzicht op Milaan werd toegestaan. Met Engeland kwam de vrede in Juni 1546 tot stand. F. overl. 31 Maart 1547. In het binnenland had hij gedurende zijn regeering, achtereenvolgens onder voorlichting van zijn moeder en kardinaal Duprat, Anna de Montmorency, en kardinaal Tournon, het koninklijk absolutisme scherper doorgevoerd dan een zijner voorgangers.

Frans II (Francois lIl, koning van Frankrijk, 1559—60, geb. 19 Jan. 1544 te Fontainebleau, oudste zoon van Hendrik II en Katharina van Medici, besteeg 10 Juli 1559 den troon. In 1558 had men den gebrekkigen knaap in het huwelijk doen treden met Maria Stuart, dochter van Jakobus van Schotland en Maria Guise, waardoor de Guises voor een oogenblik alle macht in handen kregen ; zij maakten hiervan gebruik op een wijze die al hun tegenstanders hun onderlinge geschillen deed vergeten en hen tot gemeenschappelijk verzet bijeenbracht; allerw'ege braken nu opstanden uit, totdat F.’s plotselinge dood (5 Dec. 1560) alle verhoudingen eensklaps veranderde en Coligny, den leider der oppositie, aan het roer bracht.

Frans V laatste hertog van Modena, Reggio en Mirandola, aartshertog van Oostenrijk geb. 1 Juni 1819, zoon en opvolger van hertog Frans IV geb. (6 Oct. 1779, overl. 21 Jan. 1846), huwde 30 Maart 1842 met Adelgunde (geb. 1823], dochter van koning Ludwig I van Beieren; in 1860 werd zijn hertogdom bij het koninkrijk Italië ingelijfd; hij hield zich daarop tot zijn dood, 20 November 1875, in de oostenrijksche landen op, na den titel van luitenant-maarschalk van de oostenrijksche armee te hebben aanvaard. Met hem stierf het huis Este uit; evenwel nam zijn erfgenaam, aartshertog Frans Ferdinand van Oostenrijk, den naam OostenrijkEste aan; deze, geb. 18 Dec. 1863 te Graz, als oudste zoon van aartshertog Karel Lodewijk, is sinds den dood zijns vaders (19 Mei 1896) de naaste kroon-erfgenaam der Oostenrijksch-hongaarsche monarchie. In 1892-93 volbracht hij een reis om de wereld; in 1899 werd hij generaal der kavallerie. In 1900 ging hij een morganatisch huwelijk aan met Sophie, gravin van Chotek, na tevoren voor zijn nakomelingen afstand te hebben gedaan van het recht op de troonopvolging; 24 Juli 1901 werd hem een dochter en 29 Sept 1902 een zoon geboren.

< >