hertog de la Torre, in 1810 te San Fernando geb., klom op tot divisie-generaal. Als afvaardigde stemde hij voor het regentschap van Espartero, maar weldra koos hij in de Cortes de partij der oppositie en werd in 1843 minister van oorlog.
Later nam hij in onderscheidene kabinetten zitting, sloot zich bij de omwenteling van 1854 aan en werd onder het ministerie Espartero-O’Donnell directeurgeneraal der artillerie. Niettemin werkte hij andermaal tot den val van Espartero mede; werd daarna tot kapitein-generaal bevorderd. Toen hij 1865 met een aantal leden der oppositie een protest teekende, werd hij met andere onderteekenaren daarvan gevangen genomen, doch na eenige weken in vrijheid gesteld. Hij sloot zich biji Prim aan, sloeg de koninklijke troepen bij de brug van Alcolea, werd met de samenstelling van een voorloopig bewind belast, verklaarde zich voor de constitutioneele monarchie, werd in 1869 tot regent benoemd, doch legde na de keuze van koning Amadeus het bewind neder. Hij stierf te Madrid in 1885.