Gepubliceerd op 29-01-2021

Francesco gentile

betekenis & definitie

Ital. schilder, geb te Ancona, tegen het einde der 14de eeuw, werd door zijn vader in meet- en natuurkunde, en waarschijnlijk door Allegro Nuzzi te Ancona in de schilderkunst opgeleid; een van zijn eerste werken, wmardoor hij zich reeds als uitstekend kunstenaar deed kennen, was een fresco, door hem in 1123 in de houfdkerk te Orvieto geschilderd. Hij bleek daarin reeds dadelijk te behooren tot de jongere italiaansche school, welke zich van de manier van Giotto en diens talrijke navolgers verwijderde en zich op een juistere tcekening on een natuurlijker koloriet begon toe te leggen. Wel ziet men bij hem nog den invloed van den ouden stijl, maar in de vrijere compositie openbaart zich reeds de geest van het tijdperk, dat Masaecio voortbracht. Omstreeks 1125 schilderde G. te Siena een Madonna-beeld en omstreeks denzeifden tijd werkte hij ook te Pcrugia en te Gubbio. Een van zijn voornaamste schilderijen vervaardigde hij voor een dorpskerk in den omtrek zijner geboorteplaats Zij bevindt zich thans in de verzameling Brera te Milaan en stelt de H. Maagd voor, door Christus in tegenwoordigheid van den heiligen Hioronymus, Franciscus, Dominicus en Magdalena gekroond. Onder meerdere werken, dio hij te Ancona achterliet, behooren nog een kroning der II. Maagd en een heilige Franciscus. Zeer belangwekkend is zijn portret, door hem zelf a tempera geschilderd; hij komt daarop voor als een jeugdig man, met ernstige trekken, zonder baard en van een donkere gelaatskleur. Van Ancona begaf hij zich later naar Venetië, waar hij in de zaal van den Grooten Raad schilderde. Deze zaal, in 1309 gebouwd en in 1365 door Guaï'iento van Padua met een voorstelling van het Paradijs en ander schilderwerk versierd, werd later, onder de regeering van den doge Marcello, verder opgeluisterd m. werken van L. Vivarino en Vittore Pisanello. G. schilderde er een zeeslag tusschen de vloten v. Frederik Barbarossa en de republiek. De Senaat vereerde hem voor dezen arbeid de toga der patriciërs en een levenslang jaargeld.; het schilderstuk werd echter reeds in de 16e eeuw door de vochtigheid bedorven. Op leeftijd gekomen werd G door paus Martinus V naar Rome ontboden om er met Pisanello de nieuw gebouwde kerk van St. Jan in ’t Lateraan te beschilderen. Hij vervaardigde daar ter plaatse verschillende voorstellingen uit 't leven v.Johannes den Dooper, vijf profeten in ('hiaroseuro en den paus m. 7 kardinalen. Voor hij echter het groote werk had voltooid, overviel hem de dood. Volgens sommigen heeft (1. ecnige theoretische geschriften over zijn kunst saamgesteld, nl. verhandelingen over de kunst der lijnen en over kleurmenging, alsook een werkje over den stand der kunst in zijn tijd.

< >