Gepubliceerd op 23-02-2021

Ernst von lasaulx

betekenis & definitie

duitsch oudheidkundige, geb. 16 Maart 1805 te Koblenz, studeerde 1824—30 te Bonn en te München in de philologie en philosophie, vertoefde vervolgens geruimen tijd in Weenen, Rome, Athene, Constantimopel en Jeruzalem, werd 1835 professor der philologie te Würzburg en 1844 in de philologie en aesthetica te München; in Febr. 1847 werd hij met verschillende collega’s, door het ministerie Maurer—Zu Rhein uit zijn ambt ontzet. In Maart 1849 kreeg hij zijn professoraat terug en werd in de beiersche Kamer gekozen, waarin hij voor de belangen van het katholicisme optrad.

Hij overleed 10 Mei 1861 te München. Tot zijn voornaamste werken behooren: Der Untergang des Hellenismus und die Einziehung seiner Tempelgüter durch die christl. Kaiser (München 1854), Die Philosophie der schonen Künste (ald. 1860), Ueber die theol. Grundlage aller philos. Systeme (ald. 1856), Des Sokrates Leben, Lehre und Tod (ald. 1857), Die prophetische Kraft der menschlichen Seele in Dichtern und Denkern (ald. 1858). Laatstgenoemde vier werken werden, als in tegenspraak met de leer der r.-kath. kerk, op den index geplaatst en L. onderwierp zich aan het kerkelijk gezag.

< >