Elaeïs

betekenis & definitie

Jacq. Oliepalm. Plantengeslacht v/d familie der Palmen; men kent slechts vier soorten, die in tropisch Afrika en het oosten van Zuid-Amerika voorkomen; het zijn palmen met meest hooge stammen en vindeelige bladen. De belangrijkste soort is de in Guinea inheemsche afrikaansche oliepalm, E, gtrineensis Jacq., die wegens het hooge oliegehalte van zijn vruchten ook in de tropen van Amerika en Azië veelvuldig wordt gecultiveerd ; hij heeft een 30 meter hoogen stam en ongeveer 5 meter lange bladen. De vruchten, die zoo wat de groote hebben van duiveneieren, staan dicht gedrongen in groote kolven die tot 20 kg. zwaar kunnen zijn en 600 tot 800 vruchten kunnen bevatten Deze bevatten in een vezelig hulsel een harde kern die met een viooltjesachtigen geur van zich gevend vleesch gevuld is. Zij leveren bij het uitpersen of uitkoken een olie, die het grootste deel van alle in den handel gebrachte palmolie uitmaakt en ook wel palmboter wordt geheeten : deze olie is vooral in den nieuweren tijd een belangrijk handelsartikel geworden; zij wordt bij groote hoeveelheden naar Europa uitgevoerd, of wel eerst hier uit de ingevoerde palmkernen gewonnen ; de na het persen overblijvende massa vormt een uitmuntend veevoeder. De afrik, oliepalm leent zich ook uitmuntend voor kuituur als sierplant in broeikassen, doch groeit dan zeer langzaam.