Gepubliceerd op 23-02-2021

Daniel georg morhof

betekenis & definitie

Beroemd duitsch literatuur-geschiedschrijver, geb. 6 Febr. 1639 te Wismar, studeerde sedert 1657 te Rostock in de rechten en de humanistische wetenschappen. Een schertsend latijnsch gedicht op den dood van een ooievaar verwierf hem 1660 het professoraat in de dichtkunst te Rostock, dat hij 1665 met den leerstoel der rhetoriek en der poëzie te Kiel verwisselde, waar hij 1673 tevens professor der geschiedenis en 1680 bibliothecaris werd.

Hij overleed 30 Juli 1691 te Lübeck. Door zijn aan letterkundige notities rijken Polyhistor (Lübeck 1688 ; 4de dr., 2 dln., 1747) zette M. in Duitschland voor het eerst tot een meer systematische studie der literatuur-geschiedenis aan. Zijn Unterricht von der deutschen Sprache und Poesie (Kiel 1682 ; 3de dr., Lübeck 1718) is vooral als eerste poging om de duitsche grammatica historisch te grondvesten, belangrijk. Daarentegen zijn M/s Deutsche Gedichte (1682) en zijn lat. Opera poëtica (1677) thans waardeloos.

< >