Charles fourier

betekenis & definitie

Fransch philosoof en socioloog. geb. 7 April 1772 te Besançon, bezocht eenigen tijd het college aldaar, kon echter, daar zijn vader hem in zijn lakenhandel noodig had, zich niet overkomstig zijn neigingen aan de wetenschap wijden, en sleet voorts het grootste deel van zijn leven in ondergeschikte betrekkingen in den handel ; hij stierf 10 Oct. 1837 te Parijs Zijn hoofdwerken zijn: Théorie des quatre mouvements et des destinées générales (anoniem C. Fourier. 1808), dat zijn kosmogonisch stelsel en het meerendeel zijner maatschappelijke leerstellingen bevat, Traité de Y association domestique agricole (2 dln , Besançon en Parijs, later verschenen onder den titel: Théorie de Vunité universelle, i dln. 1841), Le nouveau monde industriel et sociétaire (1829 en 1845), Pièges et charlatanisme des deux sectes de Saint-Simon et d'Owen (1831), La fausse industrie morcelles (1835—36). Zijn leer verwacht van de phalansterische i zie Fouriérisme) organisatie der maatschappij algemeen en dadelijk geluk voor de geheele menschheid en een eindelijke volkomen transformatie der geheele samenleving. Na langen tijd vruchteloos te hebben gewacht op financieelen steun vond hij ten slotte eenige particulieren die hem in staat stelden aan zijn plannen een begin van uitvoering te geven; hij stichtte nu te Condé-sur-Vire een phalanstère (1830) en begon tegelijkertijd het blad „Le phalanstère”, bestemd om zijn ideeën te propageeren; beide ondernemingen mislukten, hetgeen echter niet in staat was zijn geloof aan de juistheid van zijn inzichten aan het wankelen te brengen. Hoewel geheel een utopist, behoort F. tot de voornaamste socialistische denkers; hij is de vader eener socialistische school, die onder verschillende namen (societaire, harmonieuse, garantistische school) zijn ideeën nader uitwerkte en nog tegenwoordig aanhangers heeft, en waarvan Oonsidérant (zie aldaar) een der voornaamste vertegenwoordigers was. Zie ook Fourierisme.