(baron) ital. beeldhouwer, geb. 1805 te Turijn, ontving zijn eerste opleiding in de kunst van Bosio en kwam in 1820 te Parijs; hier voerde hij o. a. twee ruiterstandbeelden van den hertog van Orléans uit. In 1844 vervaardigde hij voor Glasgow een ruiterstandbeeld van den hertog van Wellington.
Met de leden van het huis Orléans verliet hij in 1848 Frankrijk en begaf zich naar Engeland, waar hij weldra een door de hooge aristocratie zeer gevierd kunstenaar werd. Grooten bijval vond het model van een ruiterstandbeeld van Richard Leeuwenhart op de groote tentoonstelling van 1851, later in metaal gegoten en op het plein tusschen het parlementsgebouw en de Westminster-abdij te Londen geplaatst. Voor Glasgow bewerkte hij een ruiterstandbeeld van koningin Victoria en een standbeeld voor Robert Peel, voor Turijn een ruiterstandbeeld van koning Karel Albert. Hij overl. 4 Jan. 1868 te Parijs.