of Oxenstiern, graaf im Soedermoere, zweedsch staatsman, geb. te Fanoe 1583, overl. te Stockholm in 1654, was achtereenvolgens kamerjonker, staatsraad en lid van den regentschapsraad gedurende de minderjarigheid van Gustaaf Adolf. In 1612 werd hij' door deze tot kanselier benoemd, in 1624 tot gouverneur van Pruisen, in 1629 sloot hij met Polen het verdrag van Altmark, en in 1631 voegde hij zich bij Gustaaf Adolf te Frankfort a.
M., om er tijdens diens veldtocht in Zuid-Duitschland voor de proviandeering van het leger te zorgen. Na den dood van gemelden koning ontwierp 0. de constitutie van 1634, deed vervolgens een reis naar Frankrijk om dit land aan Zwedens politiek te verbinden, bewerkte in zijn vaderland teruggekeerd dat de oorlog in Duitschland met kracht werd voortgezet, dwong na een korten strijd Denemarken tot het sluiten van den vrede van Broemsebro (1645) en was een der hoofdleiders van de onderhandelingen welke den vrede van Westfalen voorafgingen. Hij bleef zijn positie behouden onder Karel X Gustaaf, niettegenstaande hij alles had aangewend om Christina van haar plan tot troonsafstand af te brengen. In 1645 was hij tot graaf van Soedermoere verheven, in het jaar van zijn overlijden werd hij benoemd tot kanselier der universiteit van Upsala, welke hij in 1637 een algeheele hervorming had doen ondergaan. O. liet een groot aantal geschriften na, met wier complete uitgave de kon. Academie van letteren, geschiedenis en oudheidkunde in 1888 een aanvang heeft gemaakt.Zijn zoon Johann O., 1611—1657, vervulde meerdere diplomatieke zendingen en was eerste gezant van Zweden bij de vredesonderhandelingen te Osnabrück.
Een andere zoon, Erik O., 1624—1656, bekleedde gewichtige staatsambten en volgde zijn vader op als rijkskanseiier; gedurende den poolschen oorlog door Karel X gevoerd, .sloot hij tractaten met Brandenburg en Holland.
