Spaansch dramatikus der romantische school, geb. 1812 te Chiclana, overl. 26 Aug. 1884 als directeur van het Archeologisch museum to Madrid.
G.’s dictie is dikwijls meesterlijk ; zijn drama’s zijn overeenkomstig den spaanschen smaak uitvoerig en sterk gedetailleerd, vloeien over van schoonheden en mooie plaatsen, en zijn over het geheel vrij van de extravagantien on uitersten der nieuw-romantiek. Tooneelsucces hadden alleen El trorador (tragedie, 1836, later door Verdi tot een opera verwerkt), KI encubierto de Valencia, Simou liocttnegra (tragedie), Uu duele, d muerte, Dona Crraca da Castilla, Vengauza catalana, Juau Lorenzo (allen treurspelen): zijn lyrische gedichten, bijeenverzameld uitgegeven onder den titel Luz y tiuieblas (2 dln., Madrid 1842 en 1861) hebben weinig of geen letterkundige waarde. Zijn laatste scheppingen waren de blijspelen Cu cueuto de niuas, La erioUa en Cu, yrano de arena (Een zandkorrel, 1880).