o. (...huizen), het benedenste gedeelte van een huis; dat gedeelte, dat in vele ouderwetsche Hollandsche woningen half in den grond gebouwd is, en waarin zich het kantoor, de keuken enz. bevinden, of dat tot woning voor schoenlappers, kruiers, uitdragers enz. dient;
— het benedenste gedeelte van een huis, het gedeelte dat gelijkvloers onder de bovenverdiepingen zich bevindt; gewoonlijk het benedenhuis genoemd; (scherts.) Pluto’s onderhuis, voor de onderwereld, de onderaardsche woonplaats der afgestorvenen.
ONDERHUISJE, o. (-s).