I. rangtelw., komende na zestien: de zeventiende Mei; de zeventiende eeuw, tijdvak van 1601 tot 1700 ; — zelfst.: Lodewijk de Zeventiende (van die naam); ten zeventiende, in de zeventiende plaats ;
II. verdelingsgetal: een zeventiende deel, ieder van 17 gelijke delen van iets : — als zn. o. (-n), zeventiende deel.