Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Tegenstroom

betekenis & definitie

in. (...stromen),

1. stroom in de zee, een rivier en derg., die zich voortbeweegt in omgekeerde richting ten opzichte van die van het vaartuig: door zeenood en tegenstroom konden zij Batavia niet bezeilen.
2. stroom die door bijzondere oorzaken ergens loopt in omgekeerde richting ten opzichte van de stroom in het ruime vaarwater; de neer.
3. stroom van een vloeistof of gas in omgekeerde richting ten opzichte van een andere stroom.
4. electrisclie stroom die een keten doorloopt in een richting tegengesteld aan de richting van de stroom welke tevoren daarin vloeide.

< >