Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

SOPRAAN

betekenis & definitie

(<It.), v. (sopranen), SOPRAAN'TJE, o. (-s),

1. hoogste vrouwen- of kinderstem, gewoonlijk van twee octaven omvang, van ééngestreept tot driegestreept C.: sopraan zingen; mezzosopraan, tussen sopraan en alt;
2. sopraanzangeres: hebt u die nieuwe sopraan al gehoord?

< >