Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

SOJA

betekenis & definitie

(< Japans), v.,

1. donkerbruine, dikke vloeistof van pikante smaak, door gisting uit de bonen der sojaplant bereid; een in Indië, Japan en China enz. zeer gezocht toevoegsel bij onderscheidene spijzen: Japanse soja;
2. sojaplanten als gewas: soja verbouwen.

< >