bn. (-er, -st),
1. vol snot;
2. (Zuidn.) van een boom die vol gom zit, slijmerig: de snottige kastanjelaar;
3. niets waard zijnde, zeer onsterk: snottig goed; snottige tabak.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: