m. (-s),
1. (in veenstreken) open vaartuig met een rechte, schuin uit het water opkomende steven en een vlakke bodem: de punter wordt inz. te Giethoorn, waar nagenoeg geen wegen zijn, voor alle vervoer gebezigd;
2. vissersvaartuig op de Zuiderzee;
3. punterjacht, zeilpunter.