Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Ont-

betekenis & definitie

onscheidbaar voorvoegsel waarmee werkwoorden, worden gevormd. Het betekent:

1. een nadering, b.v. in ontbieden.
2. een verwijdering, b.v. in ontlopen;
3. een scheiding, b.v. in ontbinden, ontleden.
4. het tegenovergestelde van hetgeen het grondwoord uitdrukt, b.v. in ontladen, ontdekken.
5. ontneming of verlies, b.v. in onteigenen, ontheiligen.
6. het begin van een handeling, b.v. in ontbijten, ontbranden. Alleen de meest gebruikelijke der met ont- afgeleide werkw. zijn hier opgenomen.

< >