(tastte om, heeft omgetast),
1. heren derwaarts tasten: zij tastte met beide handen in het rond om; hij tastte om als een blinde; — in iets omtasten, er met de volle hand in ’t wilde hier en daar in tasten of grijpen: er lag een hoop appelen voor ’t krijgen en ieder tastte er maar in om en nam er van wat hem goeddacht;
2. achterwaarts tasten: als je even omtast, kun je het ding krijgen.