Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Omrukken

betekenis & definitie

(rukte om, heeft omgerukt),

1. met een ruk omwenden: wij rukten eensklaps onze paarden om;
2. met een ruk achterovertrekken of omhalen: hij rukte de stier om en stootte hem het mes in de keel; de stroom rukte alles om in zijn vaart;
3. (van krijgsvolk) met gezwinde mars om iets heen rukken: de bevelhebber liet de troepen de stad omrukken.

< >