Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Moede

betekenis & definitie

moe, bn. bw. (moeder, meest —),

1. vermoeid, afgemat: ik ben moede van de wandeling; zich moe kijken; ik ben zo moe als een hond; — het moede hoofd neerleggen, sterven na een leven vol zorg; 2. te veel, meer dan genoeg hebbende van, beu: ik ben die man moe ; ik word het moe altijd hetzelfde te horen ; — zij is het leven moe, zij wenst te sterven.

< >