m. (-ken), een lang, plat, geschaafd stokje, ongeveer als een liniaal, doch wat dikker, waarop door kerfjes of insnijdingen aangewezen werd hoeveel broden, pinten melk enz. de houder van de kerfstok bij een winkelier op krediet gekocht had ; veelal in stellen van twee, één voor de winkelier en een voor de koper, waarvan de kerven overeen moesten stemmen (het B.W. erkent als bewijsmiddel: kerfstokken met hun dubbel overeenkomende, art. 1924): brood op de kerfstok halen; de kerfstok afdoen, de schuld die hij aanwijst betalen; op een nieuwe kerfstok kopen, een oude schuld afdoen en een nieuwe maken ; — (fig.) hij heeft veel op zijn kerfstok, hij heeft veel schuld, d.w.z. (thans) veel misdreven; de kerfstok is vol, de maat is vol; — ik wil dat niet op mijn kerfstok hebben, ik wil daarvoor geen verantwoording, geen aansprakelijkheid aanvaarden; — iets op iemands kerfstok zetten, het hem aan-, toerekenen; (gew.) zijn kerfstok is van ijzer, hij kan daar geen kwaad doen; — het op de kerfstok nemen, nauw nemen.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk