Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Keren, vegen

betekenis & definitie

(keerde, heeft gekeerd), vegen; door vegen reinigen: komende, vindt hij het huis ledig, met bezemen gekeerd en versierd (Matth. 12 : 44) ; — (spr.) elk kere voor zijn eigen deur, ieder moet zijn eigen gebreken verbeteren alvorens anderen te oordelen; — zijn kantje kunnen keren, zie Kantje.

< >