Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Kangoeroe

betekenis & definitie

KANGAROE, v. (-s), springhaas, een familie van buideldieren (Macropodidae) met zeer korte voor- en zeer lange, sterke achterpoten en een zeer grote staart, die in Australië, op Tasmanië en Nieuw-Guinea voorkomen, inz. de reuzenkangoeroe (Macropus giganieus).

< >