(stampte in, heeft ingestampt),
1. door stampen indrijven: de straatstenen dieper instampen;
2. door stampen doen inbuigen en breken: de vloer instampen ;
3. door stampen in elkaar drijven, aanstampen: de grond, het hooi instampen;
4. (fig.) door grote druk op het gemoed of de geest inprenten, met moeite (aan iem.) leren: men moet hem alles instampen;
5. met een stempel in (metaal) slaan.