(kneep in, heeft en is ingeknepen),
1. ineenknijpen, samenknijpen;
2. (aan) iets de kop inknijpen (lasterpraatjes enz.), het smoren;
3. (techn.) (van een constructiedeel) doof te zware belasting indringen in het onderliggende : moeren van schroefbouten knijpen in als er geen contra-plaat onder gelegd wordt;
4. door knijpen doen ontstaan in : ingeknepen striemen.