(imponeerde, heeft geïmp.oneerd), (<Lat.),
1. (w. g.) opleggen (b.v. het stilzwijgen aan iem.);
2. achting, eerbied, ontzag inboezemen : een imponerende figuur; — zich van de gemoederen meester maken, ze overweldigen : zijn zelfverzekerdheid imponeert; laat je niet imponeren door die deftige omgeving, laat je niet bedeesd maken.