Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Heffing

betekenis & definitie

v. (-en),

1. het heffen; — inning, invordering, oplegging (van belasting, boete, schoolgeld enz.);
2. (versleer) lettergreep die een versaccent draagt;
3. (bij ’t breien) meerdering : aan de heffing zijn; de heffing bedraagt 10 steken.

< >