Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Hecabe

betekenis & definitie

Gr. Heka'be, Lat. He'cuba, gemalin van Pri'amus, koning van Troja, moeder van Hector, Paris, Poly'xena, Cassan'dra e.a. Bij de ondergang der stad naar Thracië gevoerd, -wreekt zij zich op Polymnestor, die haar zoon Polydo'rus (zie ald.) had gedood door hem de ogen uit te steken.

Vgl. Euripides’ tragedie Hecabe. Volg. Ovid., Met. 13,566 vg. veranderde zij daarna in een hond.

< >