(emancipeerde, heeft geëmancipeerd), (<Fr.-Lat.),
1. vrijstellen van het vaderlijk gezag of van voogdij, mondig verklaren; — (slaven) vrijmaken;
2. ontheffen van beperkende bepalingen, gelijkstellen voor de wet.
3. vrijmaken van een drukkend gezag, zelfstandig maken of verklaren.