v. (...kolen),
1. koolsoort met sterk gekrulde bladeren (Brassica oleracea acephala), krulkool; — (volkst.) boerenkool slijpen, knoeien, beunhazen.
2. gerecht van deze kool, inz. met aardappelen ondereengestampt.
3. (vliegert.) oerwoud (uit de lucht gezien).