Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Arminiaan

betekenis & definitie

m. (...anen),

1. een in ongunstige zin bedoelde naam voor de volgelingen van Arminius, die de leer van Calvijn over de genade en de praedestinatie verwierp ; —
2. (gew.) grote baars; omgekeerde Arminiaan, gebraden en op een bepaalde wijze toebereide baars (of snoek).

< >