Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Afspeten

betekenis & definitie

(speette af, heeft afgespeet),

1. (w. g.) (gebraad en dergelijke dingen) van ’t spit of van ’t speetje afnemen: gebakken paling afspeten, de mootjes van het houtje afnemen, waaraan zij geregen zijn; 2. (Zuidn.) (bij het aanpassen van kledingstukken) met spelden van pas maken of aan elkander verbinden.

< >