(sloop af, is afgeslopen),
1. zich sluipend verwijderen, stil en ongemerkt heengaan: hij sloop stilletjes het erf af ; — 2. stil en ongemerkt naar beneden gaan : de kat sloop van de zolder af ; de dief wist ongemerkt de trap af te sluipen;
3. sluipend ten einde gaan: de gang afsluipen.