Men kan het woord terloops het beste en in ieder geval het kortste weergeven door het Franse en passant en het is heel goed mogelijk dat het onder invloed van deze Franse uitdrukking bij ons in gebruik is gekomen. Dat is dan in het begin van de zeventiende eeuw gebeurd.
In letterlijke betekenis had men toen ter loope: op een draf en ook ter loop, waarvan de betekenis zich ontwikkelde van: snel, vlug tot: in het kort, in hoofdzaak. Tegenwoordig gebruikt men terloops, waaraan de zogenaamde bijwoordelijke -s is toegevoegd, in de betekenis: in het voorbijgaan, terwijl men over iets anders spreekt, zonder er lang bij stil te staan, als iets bijkomstigs, vluchtig, tussen andere dingen door. Men ziet terloops ook wel gebezigd als bijvoeglijk naamwoord b.v.: dit verdient meer dan terloopse aandacht.Maar mooi is dit niet.