Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

Gepubliceerd op 10-04-2020

Sla

betekenis & definitie

De vorm sla, die in de spreektaal wordt gebruikt, is een samentrekking van salade, een aan het Frans ontleend woord, dat zelf weer uit het Italiaans afkomstig is. Daar luidt het woord: insalata, van het werkwoord insalare: inzouten.

De kern van het woord is dus het zelfstandig naamwoord sal: zout.Onder sla verstaan wij een gerecht van verse groente, niet zozeer met zout als wel met olie en azijn bereid. Merkwaardig is niet alleen dat wij ook kunnen spreken van tomatensla, komkommersla, ja zelfs van vruchtensla, maar ook dat men de zegswijze: ergens een slaatje uit slaan in verband heeft gebracht met sla, in de zin: extraatje, smakelijk hapje, voordeeltje. Men denkt echter ook aan: zijn slaatje slaan, net als: zijn weetje wetenen: zijn zegje zeggen.

< >