Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

Gepubliceerd op 10-04-2020

Schelvis

betekenis & definitie

Een schelvis is een vis waarvan het vlees in plakjes uiteenvalt. Een schel-wij zeggen thans in enigszins ander gebruik: schil-is de buitenste bekleding van een vrucht, een knol, een noot enzovoorts en in het bijzonder: de vliezige schil.

Zo wordt schel ook gebruikt voor: vlies over het oog. In die zin is het nog heel gewoon in de aan de Bijbel ontleende zegswijze: de schellen vallen hem van de ogen, voor: hij houdt op verblind te zijn, hij ziet plotseling de zaak in het juiste licht. Men vindt de plaats in Handelingen 9:18, waar staat: Terstont vielen af van sijne oogen gelijck als schellen, dat wil zeggen: het was hem alsof een vlies van zijn ogen afviel.

< >