Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Gepubliceerd op 25-06-2020

Acusticus-gezwel

betekenis & definitie

gezwel, dat uitgaat van de N. acusticus en van uit de meatus auditorius internus in de achterste schedelgroeve groeit, en, deze vullende, de pons Varoli, het verlengde merg, de kleine hersenen en de hersenzenuwen verdringt; hierdoor gevaarlijk voor het leven, doch goedaardig (fibromateus) van bouw; zeer zelden aan weerszijden.

< >